Klik op een foto voor een uitvergroting
Een uitzending van zeven maanden
Taken
UNHCR werd voortdurend getreiterd door plaatselijke etnische groeperingen. Men hield je aan, nam je voertuig af en je kon gaan lopen. De volgende dag moest je niet gek opkijken dat dat ‘geleende’ voertuig, met een uitgezaagd dak en een zware mitrailleur rondreed. Soms werden een of twee banden lek geschoten terwijl je maar een reserve wiel had, of je verbindingsapparatuur uit je auto gesloopt of je radiateur lek geschoten. Vaak werd driekwart van de voorraden uit het konvooi in beslag genomen.
Soms werd ik door UNHCR aangewezen om bij bezoeken van de ministers van Ontwikkelingssamenwerking (Pronk en DUS geld) en Defensie (ter Beek) of de 2e Kamercommissie, deze mensen te begeleiden. Met Pronk had ik een aanvaring toen hij in het donker naar een afgelegen kindertehuis wilde waar Nederland een aggregaat aan had geschonken. Hoewel ik hem vertelde dat het aggregaat er stond maar niet werkte omdat er geen dieselbrandstof was, en dat wij in het donker ons niet verplaatsten, wilde hij dat toch met eigen ogen zien. Met zijn chauffeur de afspraak gemaakt dat hij, bij 2 x oplichten van de remlichten van mijn voertuig, hard op de rem moest gaan staan. Mijn chauffeur wist precies waar de mijnenplanken in het donker lagen. Bij de eerste plank remde ik tweemaal waarna Pronk bijna door de voorruit ging. Nadat hij al mopperend was uitgestapt, trok hij bleek weg toen hij de plank zag liggen en wilde direct terug naar Kiseljak. Een lid van de 2e Kamercommissie van Defensie maakte het helemaal bont. Tijdens een rit nam het gezelschap plaats in een gepantserd personeelsvoertuig. De gasten kregen het benauwd en een van de commissieleden opende hierop de bovenluiken. De chauffeur trok direct aan de handrem en stelde kortaf: U stapt nu uit of u sluit nu onmiddellijk de luiken. Met een gezicht als een oorwurm werd voor het laatste gekozen. Dat ik tijdens mijn uitzending het een en ander heb beleefd, is hiermee wel duidelijk gemaakt.”