Klik op een foto voor een uitvergroting
Toen de oorlog was afgelopen, wilde ik in dienst en heb ik overwogen oorlogsvrijwilliger te worden. De eerste, naoorlogse lichting beroepspersoneel bij de Marine werd opgeroepen en zo kon ik als beroeps terecht. We kwamen op in Voorschoten en gingen daarna naar het Marine Opleiding Centrum in Hilversum. Mijn functie werd bottelier, de functionaris die verantwoordelijk was voor de inkoop voorraad en distributie van eten en drinken aan boord en op de locaties van de Marine’.
Achteraf kan ik zeggen dat ik een hele mooie tijd heb gehad in Nederlands-
In 1969 lag Stulen met de Ms. Amsterdam in Curaçao, toen daar ernstige onlusten uitbraken. Nederlandse mariniers werden ingevlogen om de orde en rust te herstellen, maar er was een enorme schade aangericht. Ook de verhoudingen onder de bevolkingsgroepen bleven lang verstoord. Stulen woonde drie jaar op Curaçao en bezocht veelvuldig de andere eilanden in de west. ‘De marine heeft een gunstige invloed op me gehad’ zegt Stulen, terwijl zijn taal met marinejargon doorspekt is. Nu zijn echtgenote is overleden en hij alleen is, kan hij zich prima redden, ‘en dat heb ik bij de marine geleerd. Je leerde daar je handen gebruiken want er was niemand die iets voor je deed. Wassen, strijken, poetsen, eten koken, kleding verzorgen, het hoorde er allemaal bij. Bovendien leer je er discipline.